Wandelroute Oranjewoud – museum Belvédère (Fr)

Wie loopt er níet warm voor deze combinatie…

Een groene wandeling met een gouden randje. Dat goud komt van de bossen rond het landhuis Oranjewoud. De mooiste kilometers? Misschien wel die door De Overtuin. Net als ooit de Oranjes deden, kun je er schrijden over smalle paadjes rondom een historische kruidentuin. Het is een korte route, genoeg tijd om Museum Bèlvédere te bekijken dat als een vergeten blok turf in het landschap ligt.

  • Afstand: 12 km.
  • Startpunt: Hotel-Restaurant Tjaarda, Koningin Julianaweg 98, 8453 WH Oranjewoud. Je kunt hier ook parkeren.
  • Lijn/cirkel: Cirkel.
  • Navigatie: Routebeschrijving. De route is uitgezet via het wandelnetwerk Oranjewoud (witte pijlen op rood-blauwe ondergrond).
  • Horeca: Bij Hotel-Restaurant Tjaarda (startpunt) en bij Museum Belvédère, Oranje Nassaulaan 12, Oranjewoud.
  • Accommodatie: Hotel Tjaarda met restaurant De Oranjerie. Je kunt hier de route eventueel inkorten/verlengen.
  • OV: Dichtstbijzijnde bushalte: Elisabethlaan in Oranjewoud (19 min. lopen naar Hotel-Restaurant Tjaarda). Vanaf station Heerenveen is het 4,2 km naar Hotel-Restaurant Tjaarda.
  • Honden: Niet toegestaan.
  • Meer routes: Deze en nog veel meer routes vind je ook terug in de ANWB wandelgids | 52 wandelroutes in Nederland.

Scroll naar beneden voor de routebeschrijving en de gps-track van wandelroute Oranjewoud.

Tjaarda’s oranjekoek | Het verleden van Hotel-Restaurant Tjaarda gaat terug tot 1834. In dat jaar werd het opgericht door ene Johan Meijer, tuinman van Oranjewoud. Het hotel heette Heidewoud en werd een pleisterplaats voor de vele bezoekers aan paleis Oranjewoud. De familie Tjaarda nam het hotel in 1877 over. Zij lieten een uitkijktoren bouwen en legden een doolhof van 8000 beukenboompjes aan. De koek bij de koffie is natuurlijk (roze) oranjekoek.

Drie heren en een prinses | Je zou het niet zeggen als je over de lange rechte paden naar het museum wandelt. Maar ooit waren de Friese Wouden en Oranjewoud een onherbergzame wildernis van veenmoerassen, gevormd door rivieren die vanaf de hoge Friese keileemvlaktes richting zee denderden. Eeuwen later vatten drie ‘veenheeren’ (uit het latere ‘Heeren-veen’) het plan op om de woeste gronden te ontginnen. En vervolgens laat Albertine Agnes van Oranje-Nassau, stammoeder van de Oranjes, haar oog op het gebied vallen.

Museum Bèlvédere, kijkdoos of turf | Zoals het erbij ligt, aan het eind van het lange rechte kanaal, heeft Museum Bèlvédere iets van een kijkdoos. Anderen zien er een ‘vergeten turf’ in. Het Grand Canal is een oude turfvaart die de slagader vormt tussen museum en Landgoed Oranjewoud. In het museum hangt werk van moderne Friese kunstenaars als Jan Mankes, Thijs Rinsema en Sjoerd de Vries. De natuurstenen platen aan de buitenwand bieden onderdak aan vleermuizen, mossen en varens.

Stoere mannen | Het Tuimelaarsbos is een sterrenbos. Dat klinkt romantisch, maar is het niet. Op een punt in het bos komen zeven kaarsrechte lanen (‘zichtlijnen’) samen. De heren schutters konden vanaf dit iets verhoogde kruispunt makkelijk doel treffen: er is geen bocht waarachter een dier zich kan verschuilen. Soms joeg het personeel het wild zelfs op richting het kruispunt.

Agnes, vrouw met plannen | Terug naar Oranje-Nassauvrouw Albertine Agnes. Ze is de weduwe van de Friese stadhouder Willem Frederik en stammoeder van ons Oranjehuis. In 1676 koopt ze Oranjewoud, een landhuis temidden van uitgestrekte bossen. Het is een vrouw met plannen en die voert ze uit ook. In de bossen rondom legt zij statige lanen aan, er verrijzen chique landhuizen en er wordt flink verdiend aan de verkoop van hout.

Pracht en praal | Agnes en verschillende andere Oranjebewoners verfraaien het landgoed en breiden het uit. Het wordt een en al pracht en praal. Van alle kanten komen er dagjesmensen op af om zich aan de exotische planten te vergapen en een glimp van de Oranjes op te vangen. Het ‘Eden van Nederland’ wordt het wel genoemd.

De Overtuin | Strakke barokke tuinen, zoals ooit aangelegd rond het landhuis, raakten uit de mode. Veel te stijfjes, veel te lastig ook in onderhoud. Ze werden vervangen door tuinen in romantische, Engelse landschapsstijl met vijvers, doorkijkjes, solitaire bomen en hoogteverschillen. Het is heerlijk dwalen over de slingerpaadjes langs de slangenmuur en de kruidentuin. Op het landgoed staan bomen van meer dan honderdvijftig jaar oud.

Tjaarda’s Bos | In 1907 kocht Tjaarda dit bos om meer bezoekers naar Oranjewoud te trekken. In de voetsporen van misschien wel duizenden oranjekoek-eters wandel je over goed onderhouden paden en beukenlanen. Tjaarda liet ook een uitkijktoren bouwen, toen van boomstammen, inmiddels vervangen door gewapend beton. Na de klim van 107 treden ligt het bos met landgoed Oranjehoeve aan je voeten.

Landgoed Oranjehoeve | Je hebt bos en bos, het ene is het andere niet. Oranjehoeve heeft van alle bossen iets. Van een parkbos tot een oerbos, een productiebos, een ravotbos en een knuffelbos. Alles bij elkaar een fraai chaosbos met hulst, zilverberken, greppels, grasveldjes, dode takken en stammen vol tondelzwamman, statige beuken- en eikenlanen. Groene vrijwilligers ontfermen zich over het bos. Ze snoeien, zagen, knotten, herstellen dobben en leggen broeihopen aan voor de ringslang.

Na Agnes’ dood | Terug in Oranjewoud, terug bij Agnes. Na haar dood in 1696 wordt het landhuis nog door verschillende Oranjes bewoond. Maar in de loop van de 18e eeuw vervaagt de glans van het buiten. De Oranjes vertrekken, de tuinen raken in verval en het slot wordt min of meer gesloopt. Gelukkig grijpt de Friese adel in. Die redt het pand en de tuinen van de ondergang. In 1830 wordt het huidige landhuis Oranjewoud gebouwd. De tuinen worden omgeturnd van strak barok in losjes en romantisch.

Over tuinen gesproken …| Op de rand van het bos ligt de wilde tuin van ‘miss’ De Roode. Ze is natuurgids en wandelt dagelijks nog wat uurtjes door de bossen. Het hek van haar tuin staat altijd open. Tussen alle kunst, zelf gemaakt, staan de bloemen en planten er weelderig bij. Lekker wild, daar houdt miss De Roode van. En dat trekt dassen, vossen, reeën, muizen, kikkers en slangen – haar helpers van de wilde tuin. Ze waarschuwt. Het gaat niet goed met de eiken. Die staan te droog, dus pas op voor vallende takken.

Oranjewoud 2.0 | Kroon op het werk van ‘Oranjewoud 2.0’ is de bouw van een nieuw landhuis (1834) op de plek van het afgebroken paleis. Het enige koninklijke zijn dan nog de bezoekjes, onder anderen van Willem I, Willem III, prinses Juliana en prinses Beatrix.

Klik pijltje naar links om terug te keren naar de site.